|
|
17 - 1. LOUIS HERMAN JOSEPH baron VAN VOORST TOT VOORST EN SCHADEWIJK
Zoon van Josephus Joannes Franciscus Antonius Mathias baron van Voorst tot Voorst en Schadewijk en Maria Anna Joanna Josepha van Scheuren.
Geboren en gedoopt te Zevenaar 1 januari 1799, overleden te Burtscheid (Aken) 17 november 1867 en begraven te Didam 21 november daaraanvolgend.
Zijn stoffelijk overschot werd 20 augustus 1870 naar ‘s-Heerenberg overgebracht en aldaar in het familiegraf bijgezet.
22 Augustus 1814 trad hij in militaire dienst; 2 september 1815 werd hij benoemd tot 2e luitenant bij het Regiment Huzaren nr. 6 en 3 september 1823 bevorderd tot 1e luitenant bij het Regiment Huzaren nr. 8.
Bij de intocht in Brussel in 1830 kreeg hij een test met vuur op zijn hoofd en tijdens een patrouille in hetzelfde jaar te Roosendaal werd hij door enige blauwkielen (muiters) door een kogel, à bout portant
( 1. met het pistool op de borst, van vlakbij eigenlijk; 2. zonder inleiding, geheel onverwachts) afgevuurd, in de borst getroffen en zwaar gewond.
De kogel draaide onder het sleutelbeen door en verbrijzelde het linker schouderblad. Hiervan behield hij een stijve bovenarm.
Achtereenvolgens werd hij 19 maart 1831 bevorderd tot ritmeester 2e klasse bij Regiment Lichte Dragonders nr. 5;
26 maart 1841 tot majoor; 26 november 1843 tot luitenant-kolonel en
19 oktober 1847 tot kolonel en Militie-Commissaris te Zutphen, tevens gepensioneerd. Hij was van 21 juli 1838 tot 27 augustus 1840 op non-actief.
Bij de verdeling der ouderlijke nalatenschap werd hem Schadewijk toegedeeld.
Onderscheidingen: Ridder Militaire Willems-Orde 4e klasse (K.B. 29 juli 1831, no.73) en Commandeur in de Orde van de Eikenkroon (1849); het Metalen Kruis 13 juli 1832.
Hij huwde in zijn garnizoen Doornik 6 augustus 1829 met Marie Josephine Claús, geboren te Tillet (toen Frankrijk, nu Luxemburg) 31 mei 1809, dochter van Louis César Antoine Claús en Anne Josephe Mack.
Zij overleed te Deventer 7 februari 1841 en werd aldaar begraven in een door haar rechte neef van Hövell afgestaan graf. Later werd haar stoffelijk overschot eveneens naar het familiegraf te ‘s-Heerenberg overgebracht.
De kinderen uit dit huwelijk waren:
1. Léopold Joseph Jean Henri Edouard baron van Voorst tot Voorst en Schadewijk.
2. Maria Anna Theodorine Louise Antoinette Caroline.
Geboren te Deventer 14 maart 1833, overleden te Schwedt aan de Oder 29 mei 1858 en aldaar begraven op 2 juni 1858.
Zij huwde op huize Ensink te Gorssel 20 augustus 1857 met Arthur Isodorius Maria Celestinus baron de Posson, geboren te Brussel 9 februari 1828, zoon van Celestinus Justus Josephus baron de Posson en Henrica Josephina Vermersch. Hij was generaal-majoor der cavalerie; adjudant i.b.d., hofmaarschalk, kamerheer en stalmeester van koning Willem III en overleed te Wiesbaden 31 januari 1909.
Zij overleed 6 dagen na hare bevalling van een zoon Ludwig, die slechts een half uur leefde.
Na het overlijden van zijn echtgenote hertrouwde hij te Visé 6 april 1865 met Marie Anne Justine Adrienne barones de Bounam de Rijckholt, geboren te Gent 4 december 1842 en overleden te Portici (bij Napels in Italië) 26 januari 1887.
3. Eugène Joseph Charles Martin baron van Voorst tot Voorst.
Geboren te Deventer 11 november 1835, overleden aldaar 22 december 1836 en aldaar begraven de 23e daaraanvolgend.
4. Frederik Joseph Henri baron van Voorst tot Voorst.
5. Herman François Hubert baron van Voorst tot Voorst.
Geboren te Deventer 27 januari 1841 en overleden te Leiden 13 juni 1841.
|
