|
19 - 10. Ir. EDUARD LOUIS ALEXANDER baron VAN VOORST TOT VOORST
Zoon van Jan Joseph Godfried baron van Voorst tot Voorst en Anna Margaretha Elisabeth Maria Cremers.
Geboren te Kampen 2 okober 1878.
Overleden te 's-Hertogenbosch 13 april 1944 en begraven 18 april daaraanvolgend op het R.K. kerkhof te Joppe.
Maltezer Ridder (1911).
Na voltooiing van zijn ingenieursstudie (werktuigbouwkunde) in 1901 te Delft studeerde hij een jaar aan de T.H. te Karlsruhe, waar hij in 1902 het diploma electrotechnisch ingenieur (hier te lande toen nog onmogelijk) behaalde.
De kennis, als student opgedaan tijdens zijn stage-perioden bij de Staatsspoorwegen, kwam hem te stade tijdens de spoorwegstaking in april 1903, waarbij hij vrijwillig als machinist (standplaats Enschede) op verschillende stoomlocomotieven reed.
Als agent van de Rijksverzekeringsbank vestigde hij zich in 1903 te Heerenveen en spoedig daarna te Groningen. Tijdens de eerste wereldoorlog trad hij in de rang van “majoor” op als Maltezer Commissaris voor de provincies Groningen, Friesland en Drenthe,
waarbij hij veel werk verzette o.a. ten behoeve van Belgische en Franse vluchtelingen. Reden waarom hij werd begiftigd met het Maltezer Kruis van Verdienste 1e klasse en drager werd van het Mobilisatiekruis 1914-1918.
In verband met het inwerking treden van de nieuwe onderwijswet werd hij 1 januari 1921 Inspecteur van het Lager Onderwijs in de Inspectie ‘s-Hertogenbosch, welke functie hij tot zijn overlijden bekleedde.
Sinds 1923 actief werkzaam in de kinderbescherming, werd hij in 1938, als Voorzitter van de R.K. Vereniging voor Kinderbescherming, tot Officier in de Orde van Oranje-Nassau benoemd. Van 1930 af Voorzitter van de Voogdijraad, alsmede Voorzitter van de R.K. Reclasseringsvereniging.
Voorts was hij o.m. bestuurslid van “Ons Middelbaar Onderwijs in Noord-Brabant”, president van het Curatorium der R.K. Lycea, voorzitter van de Commissie van Toezicht op de Kon. School voor Kunst, Techniek en Ambacht en lid van de Raad van Toezicht op de R.K. Handels Hoogeschool te Tilburg.
Op 6 juni 1905 huwde hij te Gorssel met Maria Clementine Jacoba barones van Hövell van Westervlier en Weezeveld, geboren te Gorssel, huize ‘t Joppe, 29 januari 1883 dochter van Franciscus Ernest Alexander baron van Hövell,
heer van ’t Joppe, en Jkvr. Raphaëla Maria Alexandra Anthonia Johanna Baptista Wilhelma Boreel de Mauregnault, vrouwe van Asten en Ommel. Zij overleed te ‘s-Hertogenbosch 27 december 1961 en werd 30 december daaraanvolgend in het graf van haar echtgenoot bijgezet op het R.K. kerkhof te Joppe.
Uit dit huwelijk werden geboren:
1. Godfried Frans Maria baron van Voorst tot Voorst
2. Mr. Anna Rafaela Maria
Geboren te Groningen 13 mei 1909.
Overleden te Vlijmen 9 juli 1995.
Zij huwde te Vught 29 september 1938 met Jhr. Mr. Willem Jan Theodore Serraris, geboren te Oirschot 20 maart 1912, zoon van Jhr. Mr. Theodore Emanuel Serraris en Marie Philippine Ghislaine barones van Oldeneel tot Oldenzeel.
Hij was ambtenaar van het Mininsterie van Binnenlandse Zaken en voorzitter Raad van Beroep (Sociale Verzekeringen) en van het Ambtenarengerecht te ‘s-Hertogenbosch. Hij overleed te Vlijmen op 16 september 1994.
3. Maria Jacoba Cunegonda
Geboren te Groningen 2 mei 1912.
Ongehuwd overleden in het Stads- en Academisch Ziekenhuis te Utrecht 10 mei 1961 en naast haar vader op het R.K. kerkhof te Joppe 13 mei daaraanvolgend begraven.
Zij was (kraam-)verpleegster en heeft vele mensen ook in het niet-medische vlak geholpen.
In de oorlog zijn vele neergeschoten vliegers door haar handen gegaan en daardoor aan krijgsgevangenschap ontsnapt.
Van 1946-1948 heeft zij in Indonesië het Roode Kruis gediend, waarvoor zij het Kruis van Verdienste ontving.
4. Paulina (Pauline) Wilhelmina Maria
Geboren te Groningen 14 februari 1914.
Overleden te Gorssel 21 juli 2005 en op de RK begraafplaats te Joppe begraven 25 juli daaraanvolgend.
Zij huwde 1e te Horn 28 maart 1940 met Mr. Marcel Charles Octave Marie Robert Magnee, geboren te Horn, kasteel Horn, 31 juli 1910, zoon van Theodore Octave Albert Joseph Leon Magnee en burggravin Pauline Nathalie Caroline Hubertine van Aefferden.
Hij was burgemeester van Bergeijk en Luyksgestel, en weigerde medewerking te verlenen aan de bezetter. In juli 1944 werd hij gearresteerd en gevangen gezet.
Volgens het Roode Kruis is hij overleden aan dysenterie in het concentratiekamp te Neuengamme (Hamburg) 8 december 1944 en begraven te Hamburg-Ohlsdorf.
Na de bevrijding hertrouwde zij te Breda 12 december 1946 met Boudewijn Arend de Veer, geboren te ‘s-Gravenhage 1 augustus 1897, zoon van Willem Josias Hendrik de Veer en Jkvr. Catharina Elisabeth Engelen van Pijlsweert.
Hij was kolonel en Inspecteur der Cavalerie; garnizoenscommandant van Amsterdam; militair attaché in België, Frankrijk, Luxemburg en Zwitserland, Officier in de Orde van Oranje-Nassau,
Commandeur in de Orde van de Eikenkroon van Luxemburg en Commandeur in de Orde van Leopold II van België. Hij overleed te ’s-Hertogenbosch 21 april 1983.
5. Frans Octaaf Ernest baron van Voorst tot Voorst
Geboren te Groningen 23 juni 1915.
Overleden te Tilburg 8 juni 2001 en op de RK begraafplaats te Joppe begraven 13 juni daaraanvolgend.
Op 2 september 1932 deed hij zijn intrede in de Cisterciënzer Orde te Zundert; hij werd 26 oktober 1941 te Etten (N.B.) tot priester gewijd en deed 28 november 1959 zijn intrede in de Orde der Kapucijnen te Enschede.
Over deze beide orden publiceerde hij verscheidene geschiedkundige artikelen. Was “Amadeus” zijn cisterciënzer naam, als kapucijn werd hij “Stanislaus” genoemd. Op 21 mei 1969 trad hij in dienst bij Oost-Priesterhulp in Tongerlo (België).
Van 1971 tot 1975 woonde hij in Tongerlo. In het laatstgenoemde jaar beëindigde hij zijn werk aan Oost-Priesterhulp om zich ter beschikking te stellen aan het Apostolaat van het Oosten en ging hij wonen in het Kapucijnenklooster te Herentals (België).
Na een verblijf van weer tien jaar verliet hij in 1981 België om naar Nederland terug te keren. Aanvankelijk behoorde hij tot de communiteit te Nijmegen om vervolgens de laatste jaren van zijn leven in het Tilburgs klooster door te brengen.
6. Wouter Julius Alexander baron van Voorst tot Voorst
Geboren te Groningen 10 april 1917.
Ongehuwd overleden te Vught 14 april 1986 en begraven op de RK begraafplaats te Joppe (Gelderland) 18 april daaraanvolgend.
Hij was ambtenaar gemeentesecretarie te Vught. Tijdens de mobilisatie en de meidagen 1940 diende hij als soldaat bij het Regiment Wielrijders.
7. Elisabeth Joanna Maria
Geboren te Groningen 20 juni 1919.
Overleden te Terneuzen 9 augustus 2006 en te Hulst begraven 15 augustus daaraanvolgend.
Zij huwde te Hulst 19 april 1941 met Mr. Willem Etienne Marie Seijdlitz, geboren te Hulst 29 oktober 1913, zoon van Josephus Augustinus Joannes Berchmans Maria Gislenus Seijdlitz en Camille Isabelle Juliette Poot-Baudier.
Hij was notaris te Hulst; regent van het St.-Liduinaziekenhuis en St.-Elisabethliefdehuis; voorzitter van het Curatorium van het Jansenius Lyceum en Hoofdgezworene van het Waterschap Huister Ambacht.
Hij overleed plotseling te Hulst 27 maart 1965 en werd aldaar begraven.
8. Arthur Euphemius Maria baron van Voorst tot Voorst
|