Home
Groot overzicht
Stamboom per generatie
Artikelen
Kasteel / Stins
Wapen
Reünie
Andere Voorsten
Van Voorst tot Averbergen
Van Voerst / Van Voorst tot Beerse
Van Voorst tot Bergentheim
Van Voorst tot Doornenburg
Van Voorst tot Doorwerth
Van Voorst tot Enghuizen
Van Voorst tot Eschede
Van Voorst tot Haegen
Van Voorst tot Hagenvoorde
Van Voorst tot Grimberg
Van Voorst tot Schoonderbeek
Blog
|
|
|
KASTEEL VOORST
Het is bekend, dat de heren van Voorst reeds zeer vroeg “ein vest hues” bewoonden, dat gelegen was “to Westenholte” in Zwollerkerspel, thans Zwolle. Het werd in 1221 door de bisschop van Utrecht reeds belegerd en verwoest (v. Rh. ms. 123, blz. 16).
Daarna bouwden zij daar een nieuw en sterker huis, de bekende Stins.
Waarvan de geschiedschrijvers verhalen, dat het “de ryckste ende sterckste borcht van het geheele Sticht” was.
Het had “dubbelde grachten, seer diep, aen beyde syden opgemuert; oock een vierkante voorborcht; de rinckmuiren waeren 80 voeten hoch ende 12 voeten breet” .
In 1825 en 1836 zijn de fundamenten van de stins Voorst uitgegraven; tegelijk werd de plattegrond van de slotmuren en dubbele gracht in tekening gebracht.
Een afbeelding met verklaring hiervan uit de Overijsselsche Almanak voor Oudheid en Letteren van 1837.
In de in 1956 verschenen “Atlas van Historische Vestingwerken in Nederland” komt de stins Voorst als enige middeleeuwse burcht van Overijssel voor, welke onder de kleine vestingwerken wordt gerekend, 1,8 km west van de stadskern van Zwolle, In deze beschrijving leest men verder, dat de hoofdburcht circa 55m in het vierkant groot moet zijn geweest met inderdaad 11 à 12 voet dikke muren. De hoofdgracht was circa 15m breed met erbuiten een ringmuur, lang ruim 400m.
De zware ijzeren slotdeur werd in 1362 door bisschop Jan van Arkel na de verovering van de stins geschonken aan de poorters van Kampen.
Zij werd bestemd als afsluiting van het torentje van het Raadhuis en wel als brandvrije derde deur ter beveiliging van de z.g. secrete of geheime bergplaats tegen diefstal.
Bij de stadsbrand in februari 1543 werd het oude raadhuis geheel verwoest, uitgezonderd de zware toren, die mede dank zij de ijzeren deur gespaard bleef.
Zij is thans nog in gebruik. Met welwillende medewerking van de heer Don, archivaris van het oud-archief van Kampen, werd bijgaande
foto hiervan vervaardigd.
De stins moet gelegen hebben in het dorp Westenholte (Zwollerkerspel, thans gemeente Zwolle) op circa 225 m ten zuiden van de boerderij “De Stins”,
in 1967 nog bewoond door de pachtersfamilie Zwakenberg, die nog steeds de bijnaam “Steenboer” voert.
De mogelijkheid is niet uitgesloten dat bij diepere openlegging van de grond, ondanks de uitgravingen van 1825 en 1836, historisch interessante vondsten zullen worden gedaan.
Het gemeentebestuur van Zwolle en de Rijksdienst voor Oudheidkundig Bodemonderzoek te Amersfoort zijn hierop geattendeerd.
Op een kaart met de exacte plaatsaanduiding valt op te merken dat de loop van De Wetering en de buitenste sloten vrijwel overeenkomt met die voorkomend op de
Schetsteekening d.d. 1836.
Het beleg van kasteel Voorst
Het beleg begon in 1361 doch moest na enige maanden wegens het invallen van de strenge winter worden opgebroken. In juli van het volgend jaar kwam de bisschop opnieuw voor het kasteel met zijn op de Blijmarkt te Zwolle gemaakte slingerblijden. Tot de capitulatie droeg in niet geringe mate bij, dat men het drinkwater vergiftigde door dierenkadavers binnen de slotmuren te slingeren.
Van Rhemen vertelt over deze belegering het volgende:
Naderhant heeft hij Bisschop Jan van Arckel vijantlijck ontsegt ende veile quaets gedaen in ‘t Oversticht, van het huys te Keppel brandende ende rovende overall, totdat de bisschop met hulpe van hertog Eduward van Gelre het casteel van Voerst belegerde. Hij lach daervoor vyftien weecken lang. Ondertusschen quamen de vrienden des heeren van Voerst van het casteel te Rechteren ende verbranden de voorstadt van Swolle, omdat sij mede tot de belegeringhe hielpen. Doch is hetselve eyndelyck opgegeven, behoudens lijff ende goet ende voirt nedergeworpen den 9en November ao. 1362.
Ende heer Sweder van Voerst (soo ‘t scheen van hartseer ‘tgene hij daerdoor hadde geschept) is daerna anno 1363 des dingsdag na St. Agnetendach gestorven. ervende den oorlog op sijn oudsten soone. Maer de kinderen haer laetende beter onderrichten, syn op Sondach voor St. Odulph tot Rhenen bij den Bisschop gecomen ende aldaer met denselven in vrientschap versoent.
‘Die bisschop om een einde van desen krijgh te maecken heeft voorgenomen dat huis te Voorst te overweldigen, ‘twelck bij den Conijnenberg in Sallant, ongeveer een half ure gaens van Swolle gelegen was in die buerschap Voorst ende Westenholte […], die seer rijcke was van landen ende goederen […]. Het voorseide huis was wel het sterckste dat in ’t gehele Sticht gelegen was, hebbende dubbele wijde graften, modderig ende weeck, en an beiden sijden mit steenen muren uit die gront opgemetselt. Die rinckmuren waren boven 12 voeten dicke ende 80 hoge, ende hadden noch buiten sijn graften een vierkant voorborg dat ock seer sterck was. Die deuren of poorten desselven huises waren van dick ijser gemaeckt[…].
Des dingsdaegs na Sint Jacobdagh heeft die bisschop dat huis te Voorst belegert mit hulpe van die van Deventer, Campen en Swolle, ende andere sijne getrouwe ondersaten in Overijssel. Oock hadde hij grote hulpe van hartog Eduart van Gelder ende sijn broeder heer Otto van Arckel.
Terstont dede hij daervoor oprichten drie grote instrumenten daer hij die op den huise waren seer mede quelde, gelijck hij oock dede mit bussen, bogen en slingeren, waermede hij haer dagelicks bevocht. In ’t laetste van julio worde dat voorborg stormenderhant gewonnen ende daerop mit blijden ende drijvende wercken sulcken gewelt op den grootsten toorn gedaan dat hij terneder viel ende te gelijcke die grote sael die daer an was. Die soldaten opten huise hebben inderijl die plaetse gemaeckt, maeckten daer benevens een seecker instrument waermede sij des bisschops wercken van oorlogen op de huisset rocken, doende grote tegenweer, want sij van alles wel voorzien waren. Maer ten lesten als sij vijftien weecken lang sich konden bekomen, hadden sij dat huis opgegeven den 9 november, behoudens lijff ende goedt endesijn daer af getogen. Terstont heeft die bisschop dit teffelick huis, ‘twelck dei stadt van Swolle seer nae gelegen, afgebroken ende ter aerde doen slechten, ende is alsoo victoriues na Utrecht vertrocken.’
Nagge, Historie van Overijssel, 150-151
Meer info:
http://www.kasteleninoverijssel.nl/pages/voorst.htm
http://www.historien.nl/het-verdwenen-kasteel-voorst/
Het kerkelyk en wereltlyk Deventer
De Stins Voërst: historisch romantisch tafereel uit de Zwolsche geschiedenis
|
|
|